Direct naar artikelinhoud
reportageDuitsland

Bij de SPD lijkt ‘de nieuwe tijd’ nog niet aangebroken: partij in crisis straalt krampachtig eenheid uit

V.l.n.r.: Jusos-voorzitter Kevin Kühnert, en de twee nieuwe voorzitters van de SPD, Saskia Esken en Norbert Walter-BorjansBeeld REUTERS

De Duitse SPD zou een revolutionair partijcongres beleven, zo was de verwachting na de keuze voor twee voorzitters zonder ervaring in de landelijke politiek en niet afkomstig uit de gevestigde orde. Maar na drie dagen confereren lijkt de nieuwe tijd bij de sociaaldemocraten nog niet aangebroken. 

‘De nieuwe tijd in’ – het motto van het partijcongres van de Duitse SPD wappert op de rode vlaggen voor de conferentiekolos in Berlijn waar de sociaaldemocraten dit weekend samenkomen voor hun partijcongres.

De woorden zijn een logische leus voor een partij in crisis, misschien wel een existentiële. Een partij die zodanig met zichzelf in de knoop zit dat de leden vorige week twee voorzitters kozen zonder ervaring in de landelijke politiek, omdat zij beloofden de coalitie met de CDU van Angela Merkel zo snel mogelijk om zeep te helpen.

Toch blijft de vraag, na drie dagen confereren, of de nieuwe tijd werkelijk is aangebroken.

‘Het is te vroeg om te kunnen zeggen of dit een cesuur is geweest,’ zegt Tim Lukas Debus (26) op de eerste congresdag. Het goedlachse raadslid van de SPD in Wittgenstein, een kleine plaats in het landelijke zuiden van Noordrijn-Westfalen, mag in Berlijn stemmen over de koers van de partij en de personele bezetting van bestuurlijke functies. Eerder al zijn de nieuwe voorzitters gekozen door alle leden, de zogenaamde ‘partijbasis.’

Debus heeft een goed gevoel bij Saskia Esken en Norbert Walter-Borjans. ‘Ze spreken duidelijke taal. Dat is nodig.’ Maar, zegt hij na een paar keer diplomatiek de keel te hebben geschraapt, hij koos hen vooral omdat ze niet behoren tot de gevestigde orde. De SPD draait al jaren mee in de  Berlijnse baantjescarrousel. ‘En bij hen had ik het idee dat ze het voorzitterschap niet ambieerden vanwege hun eigen carrière.’

Verwijdering

Zijn woorden zijn illustratief voor de verwijdering die de laatste jaren is gegroeid tussen de partijleden in het land en de Berlijnse sociaaldemocratie, de ministers en de parlementsfractie. Zij willen hun machtsbasis niet opgeven, slechte verkiezingsresultaten in een reeks van deelstaten ten spijt.

In de peilingen is de SPD de afgelopen twee jaar gezonken naar iets tussen 11 en 14 procent. Een ramp voor de oudste sociaaldemocratische partij ter wereld, een partij die in 1998 nog ruim 40 procent van het electoraat achter zich wist te scharen.

Dat Esken en Walter-Borjans werden verkozen boven de minister van Financiën Olaf Scholz en zijn kompaan Klara Geywitz is vooral te danken aan mensen als Tim Lukas Debus. Hij is lid van de sociaaldemocratische jongerenorganisatie Jusos, traditioneel flink linkser dan ‘volwassen’ SPD.

Kevin Kühnert, vrijdagavond gekozen tot een van de vijf vicevoorzitters van de SPD, tijdens zijn speech.Beeld EPA

Dat Jusos-voorzitter Kevin Kühnert, door het partijestablishment lange tijd met argwaan bezien, vrijdagavond werd gekozen tot een van de vijf vicevoorzitters van de SPD, behoorde tot de meest markante gebeurtenissen van het congres. Kühnert hield een strijdlustige rede waarin hij niet de interne verdeeldheid van de SPD, maar vooral de gebreken van coalitiepartner CDU aan de kaak stelde. 

Hij sprak met een rode sok in zijn hand, van oudsher een sociaaldemocratisch symbool voor de neiging van andere partijen de SPD klein te maken. Van binnen was de sok blauw, de kleur van de rechts-nationalistische AfD. Daarmee wilde Kühnert duidelijk maken dat de CDU de rechterflank niet goed heeft afgesloten.

Applaus

Kühnert oogstte het dikste applaus van iedereen, een teken dat de partij aan het idee went dat voor het opnieuw uitvinden van de SPD een nieuwe generatie nodig is. Toch was het congres lang niet zo revolutionair als direct na de verkiezing van de nieuwe voorzitters werd verwacht. In het document waarin Esken en Walter-Borjans samen met partijprominenten de nieuwe partijkoers uitwerkten, sturen ze toch niet aan op een snelle breuk met de CDU.

In plaats daarvan willen ze de komende week opnieuw met de CDU onderhandelen over de punten uit het regeerakkoord die naar de smaak van de nieuwe voorzitters te weinig sociaaldemocratisch zijn ingevuld, zoals het klimaatplan en het vorige maand overeengekomen basispensioen voor arme ouderen.

De nieuwe partijleiding wil vooral dat de regering meer gaat investeren, maar liefst 500 miljard in de komende jaren. Dat zou het einde betekenen van de Zwarte Nul, de beruchte spaarpolitiek van de CDU die Olaf Scholz als minister van Financiën ondersteunt – en een van de redenen dat de partij vaak wordt verweten dat ze nauwelijks van de christendemocraten te onderscheiden is.

Het meest problematische verwijt aan het adres van de SPD is dat de partij geen antwoord zou hebben op de vraagstukken van deze tijd. Dus ging het in de toespraken dit weekend veel over het lot van pakketbezorgers en andere negatieve neveneffecten van de globalisering. Ook werd gesproken over het door de partij gewenste alternatief voor het uitkeringsstelsel ‘Harz IV’, het streng gehanteerde en sobere uitkeringsstelsel dat sinds 2002 in Duitsland geldt. Dat stelsel geldt intern als belangrijkste oorzaak van de neergang van de partij. 

Krampachtig

In ‘de nieuwe tijd’ probeert de SPD bijna krampachtig eenheid uit te stralen. Niemand viel de nieuwe voorzitters aan. Ook Olaf Scholz niet, al liep de ex-burgemeester van Hamburg ook niet over van enthousiasme.

De frustratie bevindt zich maar net onder de oppervlakte, blijkt in een gesprek Nils Gustav Weiland en Christian Benzen, beide midden vijftig en afkomstig uit Hamburg, de stad van Scholz. Voor de nieuwe voorzitters hebben ze geen goed woord over. ‘Voor amateurvoetballers is het onmogelijk om in de Champions Leauge te spelen’, zegt Weiland. Over het idee dat Walter-Borjans en Esken volgende week bij Merkel aan tafel zitten, willen ze liever niet nadenken uit plaatsvervangende schaamte. ‘Ik heb er een hard hoofd in’, aldus Benzen.

De christendemocraten hebben bij monde van verschillende ministers laten weten het regeerakkoord niet officieel te willen openbreken. En CDU-partijvoorzitter Annegret Kramp-Karrenbauer dreigde vorige week zelfs het besluit over het basispensioen terug te draaien als de SPD met nieuwe eisen komt. In dat geval halen de nieuwe voorzitters bakzeil en vlamt de onvrede bij ‘de basis’ waarschijnlijk weer op.

En dus zou ‘de nieuwe tijd’ zomaar kunnen uitdraaien op de zoveelste ‘bijna-revolutie’. Drie jaar geleden maakte ‘verlosser’ Martin Schulz zijn razendsnelle opmars, om even gezwind ten onder te gaan. Na de verkiezingen van 2017 deed de partij de plechtige belofte om in de oppositie te gaan, om die na een paar maanden te breken. In het geval van een nieuwe teleurstelling moet de SPD vrezen dat de partij in de peilingen onder de tien procent zakt.

Meer over de neergang van de SPD